De Formule 1 autoracen is heel wat jaren een sport geweest voor de echte liefhebbers.
Zij waren het die op zondagmiddag voor de buis zaten om alle races te volgen en die precies wisten welke coureurs voor welk team reden. Toen kwam Max Verstappen. In 2016 won hij zijn eerste race en na nog een aantal jaren waarin Max steeds beter werd, kwam in 2021 de eerste langverwachte wereldtitel. Dat was reden voor grote euforie mede omdat in dat jaar ook de eerste F1 race op het circuit van Zandvoort werd verreden sinds 1985. Dit zorgde ook voor een enorme toename van het aantal jonge kinderen dat een voorliefde voor karten ontwikkelde. Maar voordat je daadwerkelijk in de voetsporen van Max Verstappen kunt treden en je mag racen in een Formule 1 wagen, moet er echt nog heel veel gebeuren.
Sport voor rijke jongens

De Formule 1 is één van de duurste sporten die er is. Zonder een hele rits sponsors kom je er niet. Voordat je die hebt moet je al flink wat hebben gepresteerd. Jos Verstappen, de vader van Max, trok jarenlang met zijn zoon van kartwedstrijd naar kartwedstrijd zodat Max zijn kunsten kon laten zien. Hij viel uiteindelijk op en er waren teams in hem geïnteresseerd. Bij Max ging het allemaal heel snel. Op zijn 16e, hij had nog niet eens een rijbewijs, debuteerde hij in de F1 en in 2016 won hij, met een klein beetje geluk, zijn eerste GP op het circuit van de GP van Spanje. Daar was heel wat aan vooraf gegaan en ook in de jaren daarna volgden er nog heel wat hobbels voordat Max uiteindelijk begon aan een ongekend succesvolle periode van maar liefst 4 wereldtitels op rij vanaf 2021.
Succes is nooit vanzelfsprekend
Max is zeker niet het enige talent op de baan bij de Formule 1. Zijn racetalent is wel uitzonderlijk, want ook in een minder goed presterende auto kan hij toch nog redelijk in de buurt van de top blijven. Maar lang niet elk talent op de kartbaan wordt later kampioen in de F1. De race expert, zoals elke liefhebber van de sport zich graag noemt, kijkt vaak met een oranje bril naar de wedstrijden waarin Max rijdt. Als hij een penalty krijgt dan zijn de fans boos want die is natuurlijk niet terecht. En als hij door een andere coureur van de baan wordt getikt dan is het land collectief woest op die coureur. Maar Max is de eerste om altijd te relativeren. Het is nooit een gelopen race, pas als je bovenaan staat en niet meer kunt worden ingehaald ben je kampioen. Tot die tijd kan er nog van alles gebeuren. Eén verkeerde stuurbeweging en je riskeert een DNF. Een beslissing van de stewards of een fout bij het team met de strategie kan je kansen op een goede klassering als sneeuw voor de zon laten verdwijnen.
* Uitleg over de ster in de titel en de ‘pen met munten’ leest u in onze Disclaimer