ondernemers

Rekenkamer ziet verbetering bij Tiliander maar nog moeizame aanpak bij gemeente


De Rekenkamer van Oisterwijk, een onafhankelijk orgaan dat situaties in Oisterwijk onderzoekt en aan de gemeenteraad kenbaar maakt, concludeert dat er verbetering is bij Tiliander/Den Boogaard in de exploitatie. Bij de gemeentelijke organisatie – zowel ambtelijk, college als raad – loopt het volgens de Rekenkamer moeizamer.

In Tiliander, en vast ook in een aantal horecalocaties, mag u best wel even plassen. Voor de doelgroep is het fijn de locaties te kennen (Foto: Iris de Groot).

In een uitgebreide informatie brief van de Rekenkamer, stelt deze onder andere dat ‘Door een combinatie van ondernemerschap bij de cultuurcentra, en een oplossingsgerichte houding van de gemeente zijn de financiële resultaten van de cultuurcentra de afgelopen jaren verbeterd.’ Het vorige rapport over Tiliander/ Den Boogaard dateert uit 2020; ‘In de periode 2020 – 2023 hebben de financiële resultaten van de cultuurcentra een positieve ontwikkeling doorgemaakt, aanvankelijk dankzij een daling van de personeelskosten (2020-2021) en in 2022 een stijging van de omzet.’ Een deel van de adviezen uit 2020 zijn opgevolgd.

Langdurig proces

Opgemerkt moet worden dat dit Rekenkamerrapport dateert van februari 2023; zo ook de hierin gestelde adviezen. Het is nu – een jaar later – beantwoord met een reactie van het college.

Volgens de Rekenkamer was het moeilijk om in gesprek te komen met de ambtelijke organisatie. Ook ziet de Rekenkamer nog kwetsbaarheden: ‘Zo zijn er nog steeds geen duidelijke structurele afspraken gemaakt omtrent het leegstandsrisico en is de bijdrage van de cultuurcentra aan wat de gemeente met cultuur wil bereiken nog onduidelijk.’

Ondanks het eerdere advies (2020) ontbreekt het volgens de Rekenkamer verder nog aan onder andere een meerjarenprognose, duidelijke afspraken over samenwerking en de ruimte voor lokale initiatieven, wat concreet de betekenis en verwachting is van de cultuurcentra als ‘culturele motor’

Het college (burgemeester en wethouders) erkent het nut van de aanpak van leegstandsrisico, een meerjarenprognose en wil komende jaren ook werken aan verduidelijking van de ‘culturele motor’.   Verdere afspraken tussen gemeente en de directie van de cultuurcentra ziet het college niet als noodzakelijk; er zijn volgens het college geen signalen dat daar behoefte aan is.

Uit het schrijven van de Rekenkamer, blijkt dat deze aandringt alert te blijven op mogelijke vermindering in de exploitatie.

Klik hier voor de volledige brief en reactie college