uitgelicht

Alzheimer Café ging over Diagnostiek en ziektebeeld dementie


Gastspreker was de laatste bijeenkomst Dr. C. Roks, neuroloog in het ETZ in Tilburg. Dr. Roks is als neuroloog een groot deel van zijn tijd bezig met de behandeling van mensen met de ziekte dementie en Parkinson.

Het Alzheimercafé van maart

Via een verwijzing door de huisarts worden mensen met geheugenklachten aangemeld bij de geheugenpoli voor een onderzoekstraject. Dit bestaat uit een gesprek met de verpleegkundige, die een aantal (geheugen)testen uitvoert. Daarna volgt een bezoek aan de neuroloog die een aantal aanvullende testen uitvoert, waaronder een lichamelijk onderzoek. Hierbij wordt een onderscheid in leeftijd gemaakt. Bij mensen vanaf 70 jaar kan ook een geriater worden ingeschakeld. De geriater kijkt ook naar andere aandoeningen en heeft een bredere kijk dan de neuroloog.
Afhankelijk van zijn bevindingen kan verder onderzoek nodig zijn, waaronder een hersenscan, bloedafname en eventueel een ruggenprik. Deze onderzoeken vinden zoveel als mogelijk op één dag plaats, afhankelijk van wat de betrokken persoon wenst en/of aankan. Hierna volgt het uitslaggesprek. Bij vaststelling van de ziekte dementie wordt met de betrokkenen gesproken over het begeleidingstraject, uiteraard afhankelijk van de wensen van de betrokken persoon.

Wanneer is er sprake van dementie?
Dementie is de naam voor een combinatie van symptomen (een syndroom), waarbij de hersenen informatie niet meer goed kunnen verwerken. Dementie is een verzamelnaam voor ruim vijftig hersenziektes. De meest voorkomende vorm van dementie is de ziekte van Alzheimer. Daarnaast komen vasculaire dementie, frontotemporale dementie (FTD) en Lewy body dementie veel voor. Vasculaire dementie wordt veroorzaakt door schade aan de vaten, mogelijk veroorzaakt door hoge bloeddruk, hartritmestoornissen, suikerziekte of TIA’s, beroertes. De vorm van dementie bepaalt het ziekteverloop.

Nadat de diagnose dementie is gesteld wordt de huisarts geïnformeerd en kan een begeleidingstraject worden ingezet. Hierbij kunnen de praktijkondersteuner of wijkverpleegkundige en een casemanager worden ingeschakeld. Zij hebben naast de zorg voor de persoon met dementie ook oog en aandacht voor de naasten van de persoon met dementie. Het effect van medicatie is lastig vast te stellen. Voor een klein deel van de patiënten kan medicatie/pleisters een kleine tijd tot stabilisatie van de ziekte leiden. Gebruik van medicatie kan ook bijwerkingen geven en er is geen zicht op de effecten op de langere termijn. Uiteraard wordt er veel onderzoek naar gedaan maar op korte termijn zijn geen effectieve medicijnen te verwachten. Wat betreft leefregels geeft dr. Roks aan dat naast bewegen (de belangrijkste leefregel!), niet roken, gezond en gevarieerd eten en gematigd alcoholgebruik een positief effect hebben.
Overigens geldt dit voor iedereen.

Ten aanzien van autorijden geeft dr. Roks aan dat, wanneer er sprake is van dementie, dit gemeld moet worden aan het CBR. Het CBR toetst of je nog veilig de weg op kunt. Dit gebeurt vaak door een rijtest te doen in de eigen auto. Bij dementie in een vroeg stadium kun je mogelijk nog auto blijven rijden als er een verklaring van het CBR is. Een verlenging van het rijbewijs vindt dan plaats voor 1 jaar, waarna herkeuring plaatsvindt. Er kan ook een keuring door een neuroloog plaatsvinden. (dit is dan niet de eigen neuroloog) Sommige mensen besluiten zelf of samen met de naasten om te stoppen met autorijden. Hoe dan ook is dit een moeilijke beslissing omdat hiermee een stuk zelfstandigheid wegvalt.

Na de pauze wordt gevraagd wat een ruggenprik te maken heeft met dementie. Dr. Roks legt uit dat er in de rug hersenvocht wordt afgenomen. Het vocht dat wordt afgetapt kan worden onderzocht op markers die de ziekte van Alzheimer kunnen vaststellen. Uit bloedonderzoek kan ook worden aangetoond of er andere ziekten een rol spelen.

Gevraagd wordt wat de persoon met dementie zelf merkt van de ziekte. Dit verschilt van persoon tot persoon en ook van de diagnose. Evident is dat je er zelf niets aan kunt doen om te voorkomen dat je dementie krijgt. Of erfelijkheid een rol speelt is lastig te zeggen. Sommige vormen van dementie kunnen vaker voorkomen in families maar hier is nog weinig over bekend. Algemeen bekend is dat alcohol de hersenen aantast. Ook voeding kan van invloed zijn op dementie. Hier wordt veel onderzoek naar gedaan. Het effect van puzzelen/geheugentraining is niet bewezen. Zeker wel blijven doen als je daar plezier uit haalt!

Na een dankwoord aan dr. Roks voor zijn heldere uitleg en informatie wordt de avond afgesloten door het zingen van het slotlied “Het zijn de kleine dingen die het doen”. Voor meer informatie over dementie wordt verwezen naar de website van Alzheimer Nederland www.alzheimer-nederland.nl

Volgende bijeenkomst

De volgende Alzheimer Café bijeenkomst staat gepland op dinsdag 16 april. Het thema is dan: Mantelzorger aan het woord. Gast die avond is Sjef Potters. Sjef is samen met zijn echtgenote jarenlang mantelzorger geweest voor zijn schoonmoeder. Een confronterende kennismaking met de ziekte Alzheimer volgde. Het was een verwarrende, emotionele maar ook dankbare tijd die ze samen doormaakten. Sjef neemt u mee in deze tijd en zal vertellen over wat zij hebben meegemaakt.  Natuurlijk is er na de pauze alle ruimte om vragen te stellen en ervaringen te delen.

Kom luisteren en meepraten bij het Alzheimercafé

Het Alzheimer Café is een ontmoetingsplaats voor mensen met dementie, jong en oud, voor familieleden, vrienden, hulp en dienstverleners en andere belangstellenden. Lotgenoten kunnen heel veel voor elkaar betekenen, zij herkennen wat de ander meemaakt, en wat dit voor hem of haar betekent. De ondersteuning die de aanwezigen elkaar geven is van zeer grote waarde, en de aanwezigen gaan dan ook met een voldaan gevoel naar huis.

Inloop vanaf 19.30 uur. Duur programma van 20.00 – 22.00 uur. Locatie De Coppele, Prunusstraat 69, Oisterwijk. Aanmelden is niet nodig.

 Meer over dementievriendelijk Oisterwijk