‘De 17-jarige Lisa werd in de nacht van 19 op 20 augustus omgebracht in Duivendrecht. Zij was op de fiets onderweg van Amsterdam naar huis in Abcoude. De moord op Lisa heeft landelijk veel losgemaakt en opnieuw aandacht gevraagd voor het thema femicide: het doden van vrouwen vanwege hun geslacht of (ex-)relatie. Femicide is de meest ernstige vorm van structureel (ex-)partnergeweld, vaak voortkomend uit intieme terreur. Intieme terreur is een vorm van huiselijk geweld waarbij één partner langdurig macht en controle uitoefent over de ander. De maatschappelijke en politieke aandacht voor femicide onderstreept het belang van blijvende inzet op vroegsignalering, bewustwording en samenwerking tussen professionals binnen het zorg- en veiligheidsdomein.’
Het college (burgemeester en wethouders) van Oisterwijk begint haar informatiebrief over zorg en veiligheid met bovenstaande boodschap. De gemeente richt zich met dit onderwerp op de aankomende Week tegen Kindermishandeling (17–23 november) en geeft informatie over wat de gemeente zoal doet aan bewustwording en preventie. Voor dit onderwerp werken gemeenten, politie, zorg- en welzijnsorganisaties binnen Hart van Brabant samen in het programma Aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling 2023–2027. ‘In dit programma wordt ook gewerkt aan de aanpak van intieme terreur en femicide, met als doel eerder te signaleren, te beschermen en duurzaam te stoppen.’ Ook was er een regionale bijeenkomst “Opstaan tegen intieme terreur en femicide doen we samen!” en op 1 oktober is in Tilburg Filomena geopend; een regionaal inlooppunt voor slachtoffers van huiselijk geweld en kindermishandeling.
In Oisterwijk wordt de inzet gericht op vroegsignalering, bewustwording en samenwerking met diverse organisaties. Voor inwoners is vooral een belangrijk centrale punt, het Loket Wegwijs Oisterwijk. Ook op de basisscholen is er aandacht voor en worden leerlingen getraind in de ‘Schildje-methodiek’ en werken zij met het lespakket wat hierbij hoort.
Naast campagnes ter bewustwording, is volgens de gemeente ook de fysieke leefomgeving van belang. ‘Bepaalde locaties kunnen onveilig aanvoelen of onveilig zijn ingericht, bijvoorbeeld door hoge beplanting of onvoldoende verlichting. We signaleren en inventariseren dergelijke plekken en nemen waar mogelijk direct of planmatig maatregelen om deze risico’s te verminderen en de veiligheid te verbeteren.’
