ondernemers

Column Roland Smulders: Poffertjes


Columnist Roland Smulders neemt u mee, een kijkje in zijn Oisterwijk:

Schrijver en columnist Roland Smulders (Foto: Iris de Groot)

 

Mijn woonplaats Oisterwijk was even in rep en roer vanwege een ‘vind ik leukje’ door een van de raadsleden. Het is toegestaan om aan de bekwaamheid van onze minister van Defensie te twijfelen, maar of het nodig is om de brave vrouw meteen uit te gaan schelden? Ik heb er mijn twijfels over, moet ik zeggen. De grap wordt er niet sterker van. Jammer dat de ophef vooral ging over het feit dat er door de Oisterwijkse nieuwssite melding van werd gemaakt en dat verbaal minder begaafde lieden de kans schoon zagen hun emmer weer eens te legen. Het was duidelijk dat mijn vakantie over de houdbaarheidsdatum heen raakte.

Zullen we afspreken om in de toekomst niet meer met scheldwoorden te gaan smijten en de straat waar ik woon ook niet vol te gooien met puin en brandende hooibalen? Die laatste gewoonte schijnt namelijk ook in zwang te komen en aangezien ik geen held ben, baart mij dat toch wel zorgen. Stel je voor dat iedereen op die manier zijn of haar gelijk komt halen. Dan wordt het leven voor mij als simpele columnist wel erg ingewikkeld. Het raadslid van de mislukte grap zal het vast ook niet leuk vinden om ’s morgens vroeg in de loop van een tank te kijken.

Tijdens de kermis heb ik voor het eerst in mijn leven poffertjes gegeten. Veel meer is er gedurende mijn vakantie niet gebeurd, dus laat ik dat punt maar even afwerken. Kan ik meteen sorry zeggen tegen de vrouw die op het standpunt bleef staan dat die ene stoel al was geclaimd door iemand anders. Normaal gesproken ben ik niet zo. Het had er gewoon mee te maken dat ik het zag gebeuren weer een jaar te moeten wachten op het kunnen afvinken van dit onderdeel van mijn bucketlist.

Achteraf gezien viel het wat tegen. Ik weet nu dat poffertjes gewoon vermomde pannenkoeken zijn en dat je er een vermogen voor moet neertellen. Dat was eens, maar nooit weer, dacht ik terwijl ik mijzelf niet liet kennen. Als je er niet aan gewend bent je leven te laten bepalen door een lijstje met doelen, dan moet je er op je zestigste ook niet meer aan beginnen. Zoiets kan alleen uitdraaien op een grote teleurstelling. Ik had die poffertjestent voorbij moeten lopen en mijzelf moeten troosten met de belofte dat het er ooit nog eens van zou komen. Sommige dromen zijn veel te mooi om in de praktijk te brengen.

Het gemeentebestuur van Oisterwijk leeft ook volgens dat principe. Er is een zwembad en de wens dat grondig op te knappen ten behoeve van toekomstige generaties. Dat er allerlei praktische bezwaren aan in de weg staan, doet niet af aan de droom. Ooit gaat het gebeuren en dan zijn alle ongemakken en beelden van lelijke hekken als sneeuw voor de zon verdwenen. Wanneer? Ik durf het niet te zeggen. Is het niet zo dat de weg naar een doel vaak belangrijker is dan de bestemming zelf? Aan afgevinkte punten valt geen lol meer te beleven. Het is net als met poffertjes waarop je te lang hebt moeten wachten. Uiteindelijk valt de ervaring tegen.

 

Roland Smulders