Op zaterdagavond 27 november werden op de ijsbaan in Breda de Zuid-Nederlandse Afstandskampioenschappen 500 en 1000 meter gehouden. Sanne van Duijnhoven van Schaatsclub De Vennen uit Moergestel stond hier met een bronzen en een zilveren medaille twee keer op het erepodium. Ook andere leden van De Vennen presteerden uitstekend tijdens dit Kampioenschap waarbij de snelste schaatsers uit Noord-Brabant, Limburg en Zeeland zich hadden gekwalificeerd.

Eigenlijk was het de bedoeling dat zowel op zaterdag 27 als zondag 28 november een rit over 500 en 1000 meter zou worden gereden. De ritten op de eerste avond zouden dan bepalend zijn voor de Afstandskampioenschappen en samen met de ritten op zondag zouden dan eindklassementen over vier afstanden voor het Zuid-Nederlands Kampioenschap Sprint worden opgemaakt. Door de aangescherpte Coronamaatregelen mocht de wedstrijd op zondagavond echter niet worden verreden, zodat alleen de Zuid-Nederlandse Afstandskampioenschappen 500 en 1000 meter overbleven. Volgens traditie wordt bij Afstandskampioenschappen enkel onderscheid gemaakt tussen dames en heren, maar niet naar leeftijdscategorie. Dit betekende dat de jeugdige rijders van De Vennen het in de strijd om de prijzen op moesten nemen tegen veelal oudere deelnemers. Bij de dames/meisjes bestond het deelnemersveld uit 43 schaatssters en bij de heren/jongens stonden zelfs 75 deelnemers aan de start.
Van de leden van De Vennen was Sanne van Duijnhoven het succesvolst. Met een tijd van 43.57 behaalde zij bij de Dames de derde plaats op de 500 meter. Dit betekende dat zij bij de prijsuitreiking de bronzen medaille in ontvangst mocht nemen. Bij de huldiging van de 1000 meter stond Sanne zelfs een treetje hoger op het erepodium. Haar tijd van 1:18.24 was namelijk goed voor de zilveren medaille.

Voor Karlijn Schellekens was het niet doorgaan van het Sprintkampioenschap het zuurst. Met haar tijden van 44.91 op de 500 meter en 1:29.56 op de 1000 meter werd zij namelijk keurig respectievelijk achtste en vijfde, maar deze tijden zouden ook een prima basis zijn geweest voor een hoge klassering bij het Sprintkampioenschap dat wel per leeftijdscategorie zou zijn gehouden. In vergelijking met de andere meisjes Junioren-B had zij namelijk de tweede tijd op de 500 meter en de snelste tijd op de 1000 meter.
Ook bij de Heren presteerden de nog jeugdige schaatsers van De Vennen prima. Thomas van Berkel werd met 41.40 eenentwintigste op de 500 meter en met 1:20.80 negende op de 1000 meter. Teun van der Linden reed alleen de 1000 meter en behaalde op die afstand met 1:21.88 de achttiende plaats. Tom van Dijck werd als eerstejaars Junior-B met 46.67 (500 m) en 1:36.22 (1000 m) keurig vijfenvijftigste en zesenvijftigste.